Het regende pijpenstelen en
het was al bijna donker buiten. Niet bepaald een ideaal moment om naar een uithoek
van ons gebied te rijden. Maar het had ernstig geklonken aan de telefoon.
"Luister eens naar hoe mijn dochter ademt,
dokter!” Zo had de man gevraagd. Hij had de hoorn kort bij de patiënt
gehouden en ik had een zeer spastische en moeizame ademhaling gehoord. "Kunt
u zo vlug mogelijk komen, alstublieft?” Ik was meteen in de auto gesprongen.
Het was niet zo makkelijk het
juiste huis te vinden. Door de beperkte straatverlichting kon ik de nummering
op de huizen erg moeilijk lezen vanuit de wagen. Ik had geluk, ik kon net voor
de woning parkeren. Ik stond voor een bescheiden rijhuis, dat er wat vervallen
uitzag. Bij het aanbellen kwam mij vanachter de voordeur luid geblaf tegemoet.
Een hond sprong wild tegen de voordeur aan in de gang. Ik wachtte even maar er
volgden geen voetstappen. Niemand kwam opendoen. Ik belde nogmaals aan. Opnieuw
hetzelfde scenario. Geen mens te bespeuren. Doorheen het gat van de brievenbus
zag ik de hond op en af lopen in de gang.Wat nu? Een kwartier verliep. Ik begaf me terug naar mijn wagen. Ik besloot een briefje te schrijven dat ik op die datum, dat uur, aan de deur geweest was en stopte het in de bus. Ik wilde zeker niet het risico lopen dat men me van nalatigheid kon beschuldigen. Maar ik voelde me er allesbehalve gerust in, het had ernstig geklonken. Dit had ik nog nooit meegemaakt: een dringende oproep, en de patiënt is niet thuis!
Ik wilde net vertrekken toen ik in mijn achteruitkijkspiegel een wagen zag naderen en afremmen. Daar was blijkbaar mijn patiënt!
Een man stapte uit en zijn dochter, toch al een volwassen meisje, volgde hem. Ze liepen naar binnen en gebaarden naar mij: "kom maar!”, alsof er niets aan de hand was, de normaalste zaak van de wereld dat de dokter van wacht, in urgentie opgeroepen, aan hun deur stond te wachten...
Enigszins verbaasd, en toch
wel ongelovig dat de man zich blijkbaar niet bewust was van de tijdverspilling
en stress die hij mij had berokkend, startte ik mijn onderzoek. Het meisje
bleek te lijden aan een ernstige spastische bronchitis, maar weliswaar
geenszins in die mate dat haar vader dringend een dokter hoefde te mobiliseren
zonder duidelijke uitleg. Een paar ventolin inhalaties brachten al snel
soelaas. Het regelmatig inhaleren van langwerkende middelen en een kuur
antibiotica zou zeker haar acuut probleem oplossen.
Maar daarnaast kreeg ze samen
met haar papa nog een preek over stoppen met roken. Ik voelde me zelf al half
vergast door de doordringende muffe sigarettenlucht die in de woonkamer hing.
Hier werd duchtig nicotine gebruikt, dat was aan alles te zien en te
ruiken. Met mijn gezondheidspreek kon ik stiekem mijn opgekropte ergernis
wat kwijt.