zondag 4 februari 2018

Mannen zijn sterk ... of toch niet altijd?

Vandaag zat er een doodsbrief in mijn bus. Help! Het was van een patiënt. Weliswaar geen wekelijkse of zelfs maandelijkse patiënt, maar zijn vrouw zag ik wel om de twee maanden aan huis voor haar medicatie tegen bloeddruk en diabetes.

Die moest op regelmatige basis gecontroleerd worden. Zij was een vrij obese vrouw, zeer zenuwachtig en altijd bekommerd. Het waren zestigers.Telkens ik er kwam riep ze er even haar man bij en vroeg ze hem of hij zich ook niet even wou laten onderzoeken. Hij vond het steeds overbodig. Hij was een onbezorgde levensgenieter.“ Hij was gezond” zei hij. Eenmaal per jaar wou hij wel eens zijn bloed laten trekken. Ik profiteerde er dan van om hem ook eens klinisch onder de loepen te nemen. Telkens hij dan vernam dat het resultaat goed was, keek hij glunderend naar zijn echtgenote: “Zie je wel, je hoeft je zo niet druk te maken!”

Nu was hij dood!!

Ik herinnerde mij dat hij me in het voorjaar vertelde, terwijl hij me buitenliet,(!) dat hij even niet goed was geweest: twee nachten had hij overgegeven. Hij was toen op een week vijf kilo afgevallen, maar: “ Dat kwam me goed uit” zei hij. “ Ik had toch nog overgewicht van de feestdagen.” En zo was de kous weer af! Ik had hem toen nog aangemaand om zijn jaarlijks onderzoek te vervroegen en bij een volgende visite al af te spreken. Maar dat was allemaal niet nodig:“ Waarom waren die vrouwen altijd zo snel ongerust?” Bij mijn volgend bezoek was hij net afwezig. (Bewust??)

Ik was ontzet van het bericht. Versteld ook en wat teleurgesteld dat zijn vrouw mij niet eerder gecontacteerd had. Maar ik vermoedde dat haar zonen haar meteen bij zich hadden gehaald.

Ik bezocht haar kort nadien. Zij had effectief een week lang bij de oudste zoon gelogeerd na de feiten. Ze was verloren. Haar man was steeds haar steunpilaar geweest: een sterk karakter met een oplossing voor alles. Eigenlijk was ze ook boos op hem: “ Ik heb hem zo dikwijls gezegd dat hij zich moest laten nakijken” Hem kon precies niets overkomen!”

Zo ondervond ik het nog dikwijls in de praktijk. De traditionele idee over de noodzakelijk, verwachte mannelijke heldhaftigheid deed sommige mannen medisch de das om. Ik geef toe: vrouwen klagen en zagen misschien meer over prullaria. Zijn waarschijnlijk ook sneller ongerust. Maar mannen wachten soms zo lang om een dokter te raadplegen, soms te lang.

In mijn praktijk zag ik veel meer vrouwen dan mannen over de vloer komen. Niet alleen omwille van een zwakkere gezondheid (het tegendeel is wel bewezen). Niet alleen omdat ik een vrouwelijke arts ben. Maar ook een beetje omwille van deze “straffe mannen” ideologie?

zaterdag 6 januari 2018

Nieuwjaar - een flashback naar het begin van het jaar 2001 ...

Het is nog niet te laat: Gelukkig Nieuwjaar en ja: een goede gezondheid! Het was weer druk, druk, druk... Feesten, eten,cadeautjes... Voor mij ook een tijd om te mijmeren, te plannen, te herinneren ... Het jaar 2000 was een jaar waar iedereen naar uitkeek. De wisseling naar 2001 was de start van een vreselijk jaar voor mij.

 

Alles is relatief, maar toch. Het begon echt niet goed. Een goede vriend en collega overleed. Een huisarts met wie we tot dan (een 25tal jaar) enorm goed  hadden samengewerkt. Die ons als “ bleutjes” met open armen had ontvangen in zijn werkgebied. Ik herinner me dat we ons gingen voorstellen als nieuwe collega’s (in de jaren ‘70 was dit nog de ongeschreven gewoonte). Bij vele artsen kregen we de schampere opmerking: “ Wat komen jullie hier doen? Met twee artsen nog wel? Eigenlijk is hier geen plaats!” We dropen met een klein hartje af, ontgoocheld. Bij onze vriend, collega, was het heel anders. We kregen er een glaasje wijn en een warm onthaal. We maakten onmiddellijk afspraken over collegiaal werken, mekaar vervangen als nodig enz. Het werden leuke jaren van vanzelfsprekende samenwerking tot het lot toesloeg. We zagen hem zo weghebben in zijn ziek zijn. Ondanks dat hij, zelf dokter, zeker de fatale afloop van zijn ziekte al eerder kende, kloeg hij nooit. Hij verborg zijn ziekte zo lang mogelijk en werkte tot hij er bijna letterlijk bij viel. Het was een groot verlies.

Dan was er de overgang naar de Euro. Oh ramp! De eerste maanden liepen we rond met twee geldbeugels. Onze oudere patiënten waren helemaal de kluts kwijt, lieten ons zelf wisselgeld uit hun portemonnee nemen om dan te besluiten dat de huisbezoeken toch wel heel duur geworden waren.
 
Daar bovenop kwam de volledige digitalisering van onze praktijk. Een hele ommekeer in de administratie. Maar als we met de tijd mee wilden zijn, moest het gewoon.

We hadden er ons al een tijd op voorbereid met fiches van de trouwe patiënten, waarop de meest belangrijke gegevens waren genoteerd zoals: adres, antecedenten, allergieën, vaccinaties, huidige medicatie... zodanig dat dit klaar was om in het elektronisch dossier op te slaan zonder verder zoekwerk. Toch kostte de hele ommekeer ons een volledig jaar extra uren werk en vele momenten van paniek. We waren namelijk volledig “leek” op gebied van computers!” Dan was de PC geblokkeerd. Dan konden we niet meer in het programma. Dan dachten we dat we de hele boel hadden gedeletet. De mannen van het computerprogramma vloekten ook. Uren hebben ze bij ons gespendeerd om het systeem optimaal te laten functioneren.

Het eindresultaat was wel geweldig: alle patiënten stonden alfabetisch gerangschikt met al hun essentiële gegevens. Uitslagen van labo en ziekenhuizen werden elektronisch geïntegreerd in hun dossier. Super! Geen klasseerwerk meer! In ons klein handcomputertje konden we aan huis de consultatie inbrengen, uitslagen raadplegen en bij thuiskomst inpluggen zodanig dat ook die gegevens werden opgenomen in de hoofd computer.
 
Het werd een jaar van grote emoties en veranderingen en er stonden er nog vele aan te komen.