Als er zich
langzaam, vrijwel ongemerkt, meer dan één ernstige aandoening gelijktijdig voordoet,
heb je brute pech als patiënt. Voor de huisarts ben je een grote zorg, een
moeilijk “geval”, een misleidende puzzel. Er moet een sterke vertrouwensband zijn
tussen arts en patiënt of de relatie overleeft het complexe
probleem niet… Gelukkig
komen deze situaties niet al te frequent voor, maar toch…
Meneer V.D.B.
vroeg op een maandagochtend een dringend consult aan. Het is te zeggen: zijn
vrouw belde me. Hij lag stilletjes en bleek op de zetel en had net overgegeven.
“Het was zijn maag weer“, zei hij. “Hij had gisteren een zwaar diner gehad
tijdens een familiefeest. Het was hem niet goed bekomen!” In het verleden had
hij al een maagzweer gehad en “hij herkende de pijn”, zo vertelde hij. De
laatste maanden had hij veel stress gehad en was hierdoor ook nog herbegonnen
met roken. Redenen genoeg dus om een herval van zijn maagproblematiek uit te
lokken.
Bij onderzoek
was zijn epigastrium (midden van bovenbuik) zo gevoelig, dat ik zelfs een maagperforatie
mogelijk achtte. Des te meer omdat hij begon te zweten en neiging had tot
syncope (flauwvallen), misschien door een maagbloeding? Het was duidelijk niet
verantwoord om zomaar blindelings zware maagzuurremmers op te starten. Hij
moest spoedig opgenomen worden want daarenboven begon bij mij een lichtje te
branden dat zijn klachten mogelijks alléén of mede van cardiale oorsprong
konden zijn.
Een week
later kwam hij terug uit het ziekenhuis met het verdict. De artsen hadden
inderdaad een groot, bloedend maagulcus ontdekt maar eveneens een verstopping
in één van de coronairen, vermoedelijk reeds chronisch aanwezig. De combinatie
van angor (angina pectoris) en maaglijden hadden hem zo ellendig gemaakt. Nu
kreeg hij een hoge dosis van een PPI derivaat voor zijn maag, een
cholesterolverlager, een minimale dosis omkapselde aspirine, een dieet, een rookverbod én
de boodschap dat binnen een aantal weken een ingreep zou moeten gebeuren om de
hartarterie open te maken via de lies. Hiervoor moest zijn bloed te sterk
verdund worden en dit zou op het huidige moment te gevaarlijk zijn gezien zijn
ernstig maagletsel.
De man was
enigszins opgelucht dat de oorzaken van zijn ongemak waren gedetecteerd nog
voor er een ergere catastrofe, bijvoorbeeld een infarct, was gebeurd. Nog geen
week later echter, kreeg ik opnieuw een paniekerige oproep van zijn vrouw, dat haar
man opnieuw een “crisis” deed en “dat het nog veel erger was dan de vorige
keer! Dat kon toch niet! Hij was nu toch in behandeling,” zei ze. Er klonk
angst, boosheid en wantrouwen door mekaar in haar stem. Ik haastte me ernaartoe
en zag opnieuw een grauwe, doodzieke man met hevige pijn hoog in zijn buik. Hij
had al gebraakt en kon het niet meer houden van de pijn. Deze keer was zijn
abdomen nochtans niet echt gevoelig. Het eigenaardige was dat de pijn deze ook
meer naar de rug uitstraalde. Alleszins aarzelde ik niet om hem stante pede
terug te sturen naar het ziekenhuis.
“Was zijn maagzweer toch gesprongen? Deed
hij toch een infarct? Of …was er nog meer aan de hand?” Ergens leek zijn
ziektebeeld nu op dat van een niersteen. Maar dit kon toch niet waar zijn!? Jawel
: Meneer V.D.B. bleek een ingeklemde niersteen te hebben in zijn linker ureter!
Dat had niemand kunnen voorzien of voorkomen. Het was wel ontstellende
vaststelling maar voor mijn patiënt met zijn drie kwalen kwam het gelukkig
goed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten