zondag 14 februari 2016

Bij de les

Het was onze professor huisartsgeneeskunde die mij echt warm maakte voor deze studie. Hij maakte zijn lessen zo boeiend, dat ik mijn plannen voor eventuele specialisatie definitief opborg. Zijn case-seminaries waren bijna spannend te noemen: je moest heel alert zijn om tot een diagnose te komen bij de gevallen die hij ons voorlegde. Hij gaf ons vele goede adviezen mee:

“De klachten van de patiënt kunnen heel misleidend zijn en je op een volkomen verkeerd spoor zetten.”, zo zei hij. “Toch is de anamnese het belangrijkste deel van de consultatie!”

 
Dat heb ik maar al te vaak aan den lijve ondervonden. Dikwijls wist ik al bijna met zekerheid, na een goed gerichte ondervraging, wat mijn bevindingen zouden zijn bij het onderzoek. 
De patiënt vond dit af en toe wel vreemd. “Waarom stelt u zoveel vragen? Wat heeft dit of dat met mijn klachten te maken?”

Zo is me een bijzonder geval bijgebleven.
De jonge dame in kwestie kwam net terug van een safari vakantie in Afrika, een last-minute boeking. Ze was thuisgekomen en had tijdens de eerste nacht erg hoge koorts gekregen. Bij onderzoek was niets te zien of te horen. Geen angina, geen longontsteking, geen urinaire klachten. Precies het beeld van een zware griepaanval. Gelukkig (of was het een zesde zintuig?!) had ik de ingeving om nog een bijkomende vraag te stellen. 
”U bent toch niet onlangs in de tropen geweest?”
De patiënte trok haar wenkbrauwen op, maar deze vraag redde haar het leven. Ze had een acute aanval van malaria. Het bleek zelfs achteraf een zeldzame levensgevaarlijke variant te zijn. De jonge vrouw had geen tijd gehad voor veel preventie...

Wat onze toenmalige professor destijds ook beklemtoonde: “Je moet als huisarts tijdens de consultatie steeds bereid zijn je mening te herzien!” Je kan soms bij de eerste woorden van een patiënt al een idee hebben van wat er aan de hand is, maar plots stel je bij onderzoek iets vreemds vast, iets dat niet klopt met je vermoeden. En dan vergt het wat tijd en nederigheid om alle elementen van je ondervraging en onderzoek te herbekijken en te herdenken! Of zoals de prof het zei: “Pas op voor de dingen die de patiënt je vertelt met de klink van de deur al in de hand om buiten te gaan!”

En ja hoor, ik herinner me nog de vrouw met de vage hoest, bij wie ik niets had gevonden, die ineens op het einde van de raadpleging iets vergeten zeggen was (bewust of onbewust?). Met name dat ze soms een drang had om naar toilet te gaan - en als ze dan op toilet zat, constateerde dat het vals alarm was... In medische termen noemen we dat “valse stoelgangsnood”. Ik heb de dame terug laten binnenkomen en jammer genoeg een rectumgezwel ontdekt. Achteraf beschouwd waren haar klachten van hoest te wijten aan longmeta’s.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten