Het
was onze professor huisartsgeneeskunde die mij echt warm maakte voor deze
studie. Hij maakte zijn lessen zo boeiend, dat ik mijn plannen voor
eventuele specialisatie definitief opborg. Zijn case-seminaries waren bijna
spannend te noemen: je moest heel alert zijn om tot een diagnose te komen bij
de gevallen die hij ons voorlegde. Hij gaf ons vele goede adviezen mee:
“De klachten van de patiënt
kunnen heel misleidend zijn en je op een volkomen verkeerd spoor zetten.”, zo zei hij. “Toch is de anamnese het belangrijkste
deel van de consultatie!”
Dat heb ik maar al te vaak aan den lijve ondervonden. Dikwijls wist ik al bijna met zekerheid, na een goed gerichte ondervraging, wat mijn bevindingen zouden zijn bij het onderzoek.
De patiënt vond dit af en toe wel vreemd. “Waarom stelt u zoveel vragen? Wat heeft dit of dat met mijn klachten te maken?”
Zo
is me een bijzonder geval bijgebleven.
De
jonge dame in kwestie kwam net terug van een safari vakantie in Afrika,
een last-minute boeking. Ze was thuisgekomen en had tijdens de eerste nacht erg
hoge koorts gekregen. Bij onderzoek was niets te zien of te horen. Geen angina,
geen longontsteking, geen urinaire klachten. Precies het beeld van een zware
griepaanval. Gelukkig (of was het een zesde zintuig?!) had ik de ingeving om
nog een bijkomende vraag te stellen. ”U bent toch niet onlangs in de tropen geweest?”
De patiënte trok haar wenkbrauwen op, maar deze vraag redde haar het leven. Ze had een acute aanval van malaria. Het bleek zelfs achteraf een zeldzame levensgevaarlijke variant te zijn. De jonge vrouw had geen tijd gehad voor veel preventie...
Wat
onze toenmalige professor destijds ook beklemtoonde: “Je moet als huisarts tijdens de consultatie steeds bereid zijn je
mening te herzien!” Je kan soms bij de eerste woorden van een patiënt al
een idee hebben van wat er aan de hand is, maar plots stel je bij
onderzoek iets vreemds vast, iets dat niet klopt met je vermoeden. En dan vergt
het wat tijd en nederigheid om alle elementen van je ondervraging en onderzoek
te herbekijken en te herdenken! Of zoals de prof het zei: “Pas op voor de
dingen die de patiënt je vertelt met de klink van de deur al in de hand om
buiten te gaan!”
En
ja hoor, ik herinner me nog de vrouw met de vage hoest, bij wie ik niets had
gevonden, die ineens op het einde van de raadpleging iets vergeten zeggen was
(bewust of onbewust?). Met name dat ze soms een drang had om naar toilet te
gaan - en als ze dan op toilet zat, constateerde dat het vals alarm was... In
medische termen noemen we dat “valse stoelgangsnood”. Ik heb de dame terug
laten binnenkomen en jammer genoeg een rectumgezwel ontdekt. Achteraf beschouwd
waren haar klachten van hoest te wijten aan longmeta’s.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten